woensdag 21 december 2016

Eindejaarslijstje 2016




Albums (alfabetisch)

Bleached – 'Welcome the Worms'
The Coathangers – 'Nosebleed Weekend'
Feels – 'Feels'
The Julie Ruin - 'Hit Reset'
Mozes and the Firstborn – 'Great Pile of Nothing'
Nots – 'Cosmetic'
Trapper Schoepp – 'Rangers & Valentines'
Scully – 'No Sense'
So Pitted – 'Neo'
Steal Shit Do Drugs – 'Steal Shit Do Drugs'
Tacocat – 'Lost Time'
Scott Yoder – 'Looking Back In Blue'

Songs (die niet op bovengenoemde albums staan)

BOYTOY – 'Want'
Cheena – '7 Nights'
Crystal Fairy – 'Drugs On the Bus'
Death Valley Girls – 'Love Spell'
Meatbodies – 'Valley Girl'
Mozes and the Firstborn – 'Nowhere Bound'
Dan Sartain – 'Cabrini Green'
Shonen Knife – 'Jump Into the New World'
Slow Bear – 'Normandy and Me'
Thao & the Get Down Stay Down – 'Millionaire'
VHS – 'Art Decay'
White Lung – 'Kiss Me When I Bleed'
White Mystery – 'Finger'

Optredens (chronologisch)

together PANGEA, Madame Moustache (Brussel), 13.02
Trapper Schoepp, De Zwerver (Leffinge), 27.02
So Pitted, Homeplugged (Brussel), 11.03
Protomartyr, Het Bos (Antwerpen), 06.04
Scott Yoder, Live Club (Luik), 15.04
Mansfield.TYA, Atelier 210 (Brussel), 30.04
Tacocat, Incubate (Tilburg), 14.05
Nots, De Kreun (Kortrijk), 20.05
Bleached, Het Bos (Antwerpen), 28.05
Slow Bear, De Giraf (Zwalm), 04.09
La Luz & Feels, Het Bos (Antwerpen), 21.09
Le Butcherettes, De Kreun (Kortrijk), 29.09
Mozes and the Firstborn, AB (Brussel), 31.10
The Julie Ruin, Botanique (Brussel), 30.11

Vooruitzichten

Nieuw materiaal van La Luz, Crystal Fairy, Slow Bear, Temples & Will Sprott; optredens van Fred & Toody, Dear Reader, Steel Shit Do Drugs, Cherry Glazerr & Death Valley Girls.



donderdag 15 december 2016

Death Valley Girls – 'Glow In the Dark': exuberant en onvervaard

Ook nu drumster Patty Schemel (ooit stichtend lid van Hole) niet langer deel uit maakt van de Death Valley Girls, weet het wat excentrieke viertal uit LA een uitstekende langspeler op de wereld los te laten. De op 'Glow In the Dark' terug te vinden glampunk plaatst hardrockgrooves in een organische symbiose met jachtig dokkerende ritmes en wordt helemaal overtuigend afgewerkt met een vaak door psychelische orgelpartijen mee opgeroepen garagefeel.


Daarenboven leggen frontvrouw Bonnie Bloomgarden en co – zowel bij de up-tempo nummers als bij het dromerige 'Pink Radiation' dat als rustpunt van het album dienst doet – het soort popgevoeligheid aan de dag die maakt dat het gros van de songs zich onweerstaanbaar in je gehoorkanaal vastnestelen. Terwijl dit alles voor affiniteiten met onder meer stadsgenoten Bleached, Shonen Knife, vroege Dum Dum Girls en de potig gestroomlijnde punkrock van Bully zorgt, begeven de Death Valley Girls zich daarnaast exuberant en onvervaard in de wereld van het occulte en het buitenaardse.

Bloomgardens heldere vocalen blijken uiterst flexibel inzetbaar en komen constant indringend en krachtig voor de dag, om het even of ze nu wanhopig hunkerend dan wel tegen de pijngrens aan schreeuwend of geagiteerd blaffend uit haalt. In zijn geheel is 'Glow In the Dark' een groovy, spitant en catchy album dat, met 'Love Spell' en 'Summertime' als exponenten, een hele resem sterke nummers herbergt.

De Death Valley Girls live aaan het werk zien kan begin volgend jaar in onder andere Rotterdam (29.01, Vibes), Antwerpen (31.01, Music City) en Luik (01.02, Le Garage).


dinsdag 6 december 2016

Steal Shit Do Drugs – 'Steal Shit Do Drugs': provocatief, smerig & opwindend

De rauwe punk van Steal Shit Do Drugs klinkt even provocatief, smerig en opwindend als de groepsnaam laat uitschijnen en draagt overtuigend het gevaar voor de normen en waarden van de geoegemeente uit waar het genre oorspronkelijk voor werd uitgevonden. Bovendien weet het vijftal uit Seattle prima hoe een uitstekende song in elkaar te knutselen gebruik makend van heel wat verschillende invloeden. 


Steeds oog houdend voor de aanstekelijke kant van de zaak trekken de Amerikanen aan de hand van onder meer noisesurfy gitaarpartijen, postpunkerige baslijnen en hoekige tempowisselingen een indrukwekkende geluidsmuur op. Hierboven schipperen de vocalen van Kennedy Carda tussen de anarchie van Flipper, het sloganeske van Black Flag en het geflipt melodieuze van Devo.

Er zit duidelijk snee op deze energieke, dynamische en gevarieerde punkplaat van Steal Shit Do Drugs die door haar meeslepend onheilspellend karakter zelfs vergelijkingen kan aangaan met het beste werk van The Wipers.

Steal Shit Do Drugs steekt begin volgend jaar de oceaan over richting Europa. Voorlopig werd enkel een concert in Groningen (De Spieghel, 23.02) bekend gemaakt.



donderdag 1 december 2016

The Julie Ruin & Rattle in Botanique (Brussel) op 30.11.16

Enige edities terug diende The Julie Ruin nog af te zeggen voor Les Nuits Botanique vanwege een allerlaatste opstoot van de ziekte van Lyme waar frontvrouw Kathleen Hanna jarenlang een strijd op leven en dood mee uitvocht. Hoewel een aantal tourdata in Australië van begin volgend jaar onlangs ook werden gecancelled, dit keer voor een medische ingreep die gitariste Sara Landeau zal ondergaan, zet The Julie Ruin in de Rotonde van de Botanique wel degelijk voor de eerste keer voet op Belgische planken.


In anticipatie trapt Rattle met enkel twee drumstellen en evenveel microfoons ter beschikking de avond op gang. Het duo uit Nothingham mikt op een soort exotisch groove die overkomt als een akoestische, lofi-versie van de ritmes van M.I.A. waarboven met dikwijls woordenloze samenzang naar nummers wordt toegewerkt die vergelijkingen oproepen met de meest experimentele output van The Raincoats.

Niet veel later vat The Julie Ruin met single 'I Decide' overtuigend de koe bij de horens en met ondermeer nog 'Be Nice' en 'I'm Done' legt het vanuit New York opererende vijftal meteen de klemtoon nadrukkelijk op recentste plaat 'Hit Reset'. Voorzien van een hele voorraad papieren zakdoeken waar gretig gebruikt van wordt gemaakt en een indrukwekkend aantal waterflesjes die er aan een razend tempo worden doorgejaagd, zou je kunnen denken dat Hanna last heeft van een stevige verkoudheid, al valt daar in haar prestatie alvast niks van te merken. Ze is immers uiterst goed bij stem en ook uit haar frivole danschoreografie spreekt een kwieke frisheid.

Verder praat de oprichtster van de Riot Grrrl-beweging tussen de nummers door honderduit tegen het publiek als ware het allemaal beste vrienden en vriendinnen. De topics gaan van politiek over en slechte jeugd tot een terugblik op die keer dat ze met Bikini Kill in Heavy Metal Magazine kwam te staan, telkens even luchthartig en vaak humoristisch gebracht zodat het nooit te zwaar op de maag valt. Waar bassiste Kathi Wilcox, drummer Carmine Covelli en Landeau eerder stoicijns een tikkeltje in de schaduw staan uit te blinken op hun instrument, gedraagt toetsenman Kenny Mellman zich heel wat expressiever en treedt hij geregeld in dialoog met Hanna.

In het opzwepende optreden waar dansbare punkrocksongs moeiteloos hun plaats vinden naast een occasionele ballad en wat naar new wave neigende, plechtstatigere nummers sluipt geleidelijk aan niet alleen werk uit debuut 'Run Fast' binnen, maar – naast een cover van Courtney Barnetts 'Pedestrian At Best' – ook materiaal uit Hanna's uit '97 stammende soloplaat 'Julie Ruin'. Terwijl 'Oh Come On' een explosief orgelpunt op de reguliere set plaatst, weet je bij de als tweede toegift ingezette Bikini Kill-klassieker 'Rebel Girl' dat de show er helaas definitief op zit. The Julie Ruins passage in de Botanique bevestigt Kathleen Hanna's status als enorm charismatische frontvrouw en bewijst tenvolle dat maatschappelijk engagement des te krachtiger doorkomt als het gedragen wordt door een heel arsenaal uitstekende songs gebracht door een uitermate sterke band die spelplezier aan muzikaliteit koppelt. 

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

dinsdag 29 november 2016

Cave Story – 'West': lofi rock & postpunk

Met hun zelf-geproducete, 'West' getitelde, tweede release onderneemt het Portugese Cave Story een verdienstelijke poging zich een plaats op de hedendaagse, Europese indierockkaart te bemachtigen.


Het album vat aan met een drietal naar jaren 90-lofi rock verwijzende songs die met hun kenmerkend lijzige vocalen groepen als Pavement, Nemo en het hedendaagse Car Seat Headrest voor de geest roepen. Hierna schakelt het door Gonçalo Formiga gefronte trio met onder meer 'Youth Boys' en 'American Nights' voor even over op nogal Brits aandoende, spitant gejaagde en dansbare postpunk om dan weer tot en met de instrumentale afsluiter 'Baguettes' hoofdzakelijk terug te vallen op eerder genoemde slackerrock.

Ondanks de melaancholische ondertoon klinkt 'West' – aangedikt door behoorlijk wat variatie in de muzikale stoffering waar zowel noisy surfgitaren, punkrockriffs als postrockpriegels hun plaats in vinden en goed uitgewerkte songstructuren – frivool strak, en wordt constant een oog gehouden op het aanstekelijke. Op die manier levert Cave Story een aantrekkelijk, catchy en bij momenten zelfs opzwepend visitekaartje af.


vrijdag 18 november 2016

Cheena – 'Spend the Night With...': punk, glam & country

Met leden in de rangen van onder meer Pharmakon en Anasazi grijpt Cheena op langspeeldebuut 'Spend the Night With...' terug naar een genremix van ouderwetse punk- en glamrock die tevens een opmerkelijke injectie country meekrijgt. Wat het meest in het oog springt is de prominente rol die in de totaalsound is weggelegd voor de slidegitaar.


Terwijl de algehele feel er één van rechttoe rechtaan, grootstedelijke rock-'n-roll blijft, zorgt deze insteek ervoor dat het vijftal uit New York behoorlijk wat variatie kan presenteren binnen deze uniformiteit. Waar de hypnotisch kabbelende countryrocker 'Electric Snoopy Gang' een centrale plaats in de opbouw inneemt en even later ook 'Lost My Way' het tempo significant laat zakken, gaan de heftigere nummers, die het gros van het album uitmaken, diverse richtingen uit. Zo vertoont 'Jane' bijvoorbeeld een duidelijke verwantschap met het werk van cowpunker Dan Sartain en herinnert '7Nights' – niet in het minst door de aan Mark Arm verwante scherpsnijdende vocalen van frontman Walker Behl –  dan weer aan Mudhoney ten tijde van de milleniumwissel.

Cheena debuteert, kortom, met een energiek en vrijblijvend, prima garagepunkplaatje.

Cheena live aan het werk zien kan vanavond en morgen in respectievelijk Antwerpen (Het Bos, 18.11) en Brussel (Homeplugged, 19.11) en volgende maand onder meer in Amsterdam (De Nieuwe Anita, 09.12) en Tilburg (Incubate, 10.12)

woensdag 2 november 2016

The Limiñanas (Madame Moustache) & Mozes and the Firstborn (AB) in Brussel op 31.10.16

De avond van Halloween kon je in Brussel met een tiental minuten wandelen als intermezzo een uiterst interessante dubbelaffiche samenstellen.
.


Klokslag 20u.00 opent Mozes and the Firstborn, dat voor het Nederlandse luik van de concertreeks steevast de avond aflsluit, in de Ancienne Belgique de debatten voor tourmaatjes van dit najaar en thuisspelers Robbing Millions; en het Eindhovense kwartet kwijt zich met verve van zijn taak. Onder aanvuring van een dynamische Melle Dielesen komt de band tegelijkertijd ontspannen en gefocussed voor de dag. Er wordt gekozen voor een gebalde en gevarieerde set die het hele genrespectrum omvat gaande van de noise-erupties tijdens de outro van opener 'Party Crasher' over de lichtvoetige popfeel van 'I Got Skills' en de grunge van het als nieuw nummer gepresenteerde 'Marianne'. Titelnummer 'Great Pile of Nothing' en het met een fenomaal losbarstende gitaarpartij van Ernst-Jan van Doorn naar enorme hoogtes geblazen 'Crawl' prijzen daarenboven overtuigend de nieuwe plaat en dito ingeslagen weg aan. Bassist Corto Blomaert voelt zich duidelijk goed in zijn sas en gooit tussen de nummers door geregeld een grapje de micro in, terwijl Raven Aartsen niet alleen een ultrastrakke dynamiek neerlegt, maar tevens op tot de verbeelding sprekende wijze de backings verzorgt. Mozes and the Firstborn levert zo een uiterst indrukwekkende prestatie af die intensiteit koppelt aan frivoliteit en aanstekelijkheid.

Aan de ingang van Madame Moustache is het ondertussen een af- en aangeloop van minder vooruitziende concertgangers die hoopten aan de kassa nog een kaartje te kunnen scoren en dienen af te wachten of niet iedere voorverkocht ticket benut wordt. Terwijl Marie en Lionel het hart van de band vormen, presenteren The Limiñanas zich live als een zestal, gefront door Nika Leeflang die op één enkele uitzondering na de volledige vocalen voor haar rekening neemt. Het stelt de Fransen in staat hun door het krachtige, primale drumwerk van Marie Limiñana gedecideerd voortgestuwde psychedelische garagepop rijkelijk te stofferen tot een kolkende aan- en afzwellende hypnotisch organische trip.

Waar de show, onder meer gesteund door 'Down Underground' en 'Liverpool', van meet af aan opzwepend is, wordt na zowat een half uur spelen de blik uitgebreid gericht op het dit voorjaar verschenen 'Malamore'. In tegenstelling tot op deze langspeler neemt Lionel Limiñana echter geen enkele leadstem voor zijn rekening. Leeflang maakt een erg goede beurt, sluit qua timbre dicht aan bij albumzangeres Marie en voorganster Mu, en staat zowel speels fluisterhijgend als krachtig uithalend overtuigend haar mannetje. Hoe langer het optreden vordert hoe dansbaarderder het geheel wordt en na ruim een uur stuurt de energiek op de planken gebrachte, naar de sixties verwijzende garagerock die Serge Gainsbourg met The Velvet Underground verbindt, de aanwezigen helemaal opgehitst de nacht in.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

dinsdag 25 oktober 2016

BOYTOY in Le Chaff (Brussel) op 24.10.16

Als locatie voor hun livedebuut op Belgische bodem kwam BOYTOY in de gezellige eet- en drinkgelegenheid Chaff op het Brusselse Vossenplein terecht.


Van meet af aan blijkt dat het trio uit Brooklyn op de planken beduidend meer een authentieke diy-spirit uit draagt dan op de alweer uit 2015 stammende langspeler 'Grackle' waar het frame van de opbouw aan is opgehangen. Eerder dan op power en energie mikken de dames met hun natuurlijk rammelende kadans waarboven Saara Untracht-Oakner het merendeel van de vocale lead voor haar rekening neemt en Glenn Van Dyke zich ontpopt tot uiterst interessante gitariste, op een rafelige gitaarpoppy feel. Aanvattend met het catchy garagerockduo 'Pulp' en 'Building an Empire' krijgen de aanwezigen een stilistisch gevarieerde show voor de kiezen waarin naast enkele stonerbluesy grooves ook onder meer een aantal psychedelische en grungy elementen hun plaats vinden.

Terwijl zowel enkele nieuwe nummers als wat ouder werk uit het titelloze debuut mee hun opwachting maken, worden de meeste singles met onder andere het dromerig poppy 'Wild One' en de levendige gitaarrock van 'Your Girl' het gros van de singles die de band reeds bij elkaar pende voor het tweede deel van de zowat drie kwartier durende performance opgespaard. Als toegift sluit het quasi onmiddellijk aan de reguliere setlist vastgeplakte, hitgevoelige 'Postal' het sympathieke, complex- en pretentieloze optreden af. 

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

zaterdag 22 oktober 2016

Mozes and the Firstborn in De Effenaar (Eindhoven) op 21.10.16

Ruim anderhalve maand na de release van 'Great Pile of Nothing' brengt hun promotour Mozes and the Firstborn naar thuishaven Eindhoven.


Enigszins verrassend vat het viertal aan met een uitgesponnen versie van 'Party Crasher'. Bij wijze van een soort captatio benevolentiae voor de aanwezigen die nog niet bekend zijn met de nieuwe plaat, ligt de focus - met onder andere 'Peter Jr.' en een stilistisch aan het recente werk aangepaste versie van 'I Got Skills' – aanvankelijk overigens voornamelijk op hun debuut. Met hier en daar reeds een binnensijpelend nieuw nummer ('Land of a 1000 Dreams', 'Crybaby') mist deze aanpak, gedragen door een uiterst expressieve performance van frontman Melle Dielesen, zijn doel duidelijk niet.

Op het moment dat de toeschouwers immers overtuigend bij het nekvel gegrepen zijn, draaien de verhoudingen, met weliswaar nog enkele sporadischer opduikende oudere publieksfavorieten aangevuld met het enthousiast onthaalde duo 'What Am I Worth' en 'Marianne' uit de splitsingle met Roland Cosio als intermezzo, geleidelijk aan om waardoor tijdens het tweede deel van de show onder meer 'OC/DC', 'Crawl' en 'Till the Feeling's Gone' zich in hun volle glorie kunnen ontplooien en zo de onderhuidse geladenheid van het nieuwe album volledig prijs geven. Voor de bisnummers verschijnt Dielesen aanvankelijk helemaal in zijn uppie ten tonele voor een pakkend breekbare versie van albumafsluiter 'Cruel Wide World'. Als de andere bandleden vervolgens weer op het podium verschijnen, plaatst Mozes and the Firstborn nog een heftig orgelpunt dat nog lang nadat de laatste zinderende noot uitdoofde onmiskenbaar weerklank vindt aan de merchandisestand.

Eindhoven kreeg op die manier een intens, gevarieerd en energiek optreden voor de kiezen dat de hooggespannen verwachtingen helemaal inloste.



dinsdag 11 oktober 2016

Scully – 'No Sense': sfeervol catchy

Met hun dromerige indiesurf plaatsen de drie dames en heer van Scully zich op de zes nummers tellende debuut-ep 'No Sense' resoluut in het zog van La Luz met wie ze eerder al een split-single deelden. Zo leggen beiden een organische en tegelijkertijd dynamische groove neer, en koppelen ze glasheldere techniciteit aan een indringende muzikale gevoeligheid.


Wel komt het viertal uit Brooklyn misschien iets potiger voor de dag door hun sprankelende ritmes en frivole surflead instrumentaal verder in te kleuren met een van onder andere noise, wave en grunge-elementen gebruik makende tweede gitaar i.p.v. keyboards. Terwijl de zweverig in de mix liggende vocalen aan een stuk door popgevoelige melodieën brengen, weet de band, ondanks het beperkte ep-format, alsnog een duidelijke opbouw in het album te brengen. Waar het plaatje aanvat met het snedigere, up-tempo materiaal, besluit het even later overtuigend met twee eerder hypnotizerende, slepende nummers.

Getooid met een handvol catchy, sfeervolle en meeslepende songs, is 'No Sense' met andere woorden een prima debuut dat alvast reikhalzend laat uitkijken naar toekomstig werk.


https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/?ref=bookmarks

maandag 3 oktober 2016

Interview Mozes and the Firstborn: Moeder, waarom leven wij?

Temidden het almaar onrustiger woeden der wereld heeft Mozes and the Firstborn zich met een nieuw elan uitermate succesvol weten te herlanceren. Na een relatief lange periode van nagenoeg volledige windstilte naar de buitenwereld toe jaagt het bevlogen Nederlandse viertal in 2016 de productiviteit ouderwetse hoogtes in, met als voorlopig resultaat - in een tijdspanne van een trimester of twee – alvast een ep (februari), een split-single (juli) en het fenomenale full album 'Great Pile of Nothing' (september) bij op de teller. “En daar houdt het hoogstwaarschijnlijk niet op,” aldus Melle Dielesen, “we hebben nog een aantal nummers opgenomen die hun plaats tot dusver niet vonden op één van deze releases en die we later op het jaar nog willen uitbrengen onder één of andere vorm.” 


Maar liefst drie keer, telkens naar aanleiding van één dezer sleutelmomenten, maakt de vriendelijke frontman tijd voor een praatje; een eerste keer in de al even sympathieke, middernachtelijke lobby van een Brussels hotel volgend op een geslaagd Belgisch live-tweeluik samen met together PANGEA, en vervolgens twee keer op een drukkend warme zomeravond in de gezellige woonst die hij even ten noorden van Eindhoven betrekt en die tevoren zijn oma een dak boven het hoofd verschafte. De kiem van de huidige erg vruchtbare tijd ontsproot in een mentaal uiterst donkere periode vol algehele vertwijfeling en existentialistische overpeinzingen waar Dielesen langdurig ten prooi aan viel. Als eerste nieuwe wapenfeit stuurde de band afgelopen winter het majestueus slepende 'Nowhere Bound' de wereld in.

Dielesen: De tekst van die song vat exact mijn emotionele wederwaardigheden van een gans jaar samen. Ik wist met name een hele poos totaal niet meer waar ik stond in mijn leven en vroeg me af of er überhaupt nog wel een punt aan was. Toen de wanhoop me overviel hadden we eigenlijk net een nieuwe langspeler volledig klaar, gemastered en al. Het voortbestaan van de band hing op dat moment aan een zijden draadje en we beslisten dan ook dat werkstuk niet op de markt te brengen. Daarna heb ik heel lang mijn gitaar niet aangeraakt, omdat ik er simpelweg geen zin in had. Uiteindelijk heb ik mezelf zowat verplicht weer te gaan spelen, anders zou het er misschien niet meer van gekomen zijn. Om de roest wat uit mijn vingers te krijgen, besloot ik gewoon de meest clichématige rockriff die ik kon bedenken op de snaren te rammen. Dat klonk aanvankelijk nergens naar, maar toen ik er haast intuïtief een couplet aan toevoegde, kreeg ik eensklaps vertrouwen in de zaak en ik raakte al snel op dreef. In amper twintig minuten werd 'Nowhere Bound' aldus een feit, inclusief de volledige tekst. En dat betekende dan meteen een nieuwe start. Daarna bleven de nummers maar komen. Op een drietal maanden tijd hebben we er met de hele groep zowat dertig opgenomen, waaronder enkele herwerkte versies van songs uit het niet-gereleasede album.

Dat je in de videoclip van die comeback-single rondloopt met een schedel in je handen valt hoogstwaarschijnlijk op te vatten als een verwijzing naar 'Hamlet'?
Dielesen: Vast en zeker. Vorige zomer las ik het stuk voor het eerst. Door het archaïsche Engels deed ik er behoorlijk lang over, maar het heeft niettemin een immense indruk op mij nagelaten. De centrale vraag in 'Hamlet' sluit natuurlijk nauw aan bij de problemen waar ik lang mee worstelde, en daar geeft de clip een knipoog naar. Dat ik me los daarvan verkleedde als een soort Engelse dandy vond ik dan weer gewoon grappig.

Daarenboven duikt nog een naar de ep-titel refererende Power Ranger op.
Dielesen: De tv-serie was erg populair op het moment dat ik een jaar of vier à vijf was. Van mijn moeder mocht ik daar toen in feite nooit naar kijken omdat ik er wild en agressief van werd. Alsnog kwam het beeld tijdens het schrijven onlangs bij me op van de Power Rangers die me in moeilijke periodes bij de hand zouden kunnen nemen. Het heeft heel veel te maken met mijn jeugd. Uiteindelijk denk ik dat al mijn liedjes voor een groot stuk voortvloeien uit hoe ik ben opgegroeid. Hoewel ik natuurlijk best over bepaalde onderwerpen van buitenaf kan schrijven, stop ik er onvermijdelijk altijd iets van mezelf in.

Je formuleert het dan wel op een dusdanig poëtische manier dat het niet te eenduidig en vanzelfsprekend wordt?
Dielesen: Naar dat ideaal werk ik inderdaad toe. De laatste tijd ben ik me ook iets meer gaan concentreren op de teksten dan voorheen. Vandaar dat we de 'Power Ranger' ep hebben uitgebracht als boekje met, naast foto's en een downloadcode voor de muziek, veel aandacht voor de lyrics. Ook al klinkt het bijna als een gemeenplaats bij een tweede album, toch heeft dat aspect onmiskenbaar aan belang gewonnen.

Vreemde eend in de bijt

Wat opviel bij de recente optredens was dat jullie, wetende dat de pletwals together PANGEA er zo meteen aankomt, zich niet laten opjagen en de nummers de tijd en ruimte geven volledig tot hun recht te komen. Dat jullie aan de verleiding kunnen weerstaan de snelheid wat op te voeren, lijkt een teken van groot zelfvertrouwen?
Dielesen: Dat doen we heel bewust. Onze drummer Raven is daar erg mee bezig. Het toeval wil dat hij ook helemaal instond voor het opname- en productieproces van de ep, en dat er wel wat parallellen vallen te trekken met Michel “Magic Stick” Schoots van Urban Dance Squad die zowel onze debuutlangspeler als diens opvolger die we dus niet uitbrachten heeft geproducet. Beide drummers hebben na een tijd bij hun eigen band de studioproductie in handen genomen, en beiden zijn enorm gefocussed op de clicktrack. Michel is echt extreem strak. Ooit heeft men gemeten welk publiek het meest in de maat meestampte en -klapte met een optreden en dat bleek dus bij Urban Dance Squad te zijn, op Pinkpop '92 als ik me niet vergis. Dat is een rechtstreeks gevolg van in alle omstandigheden heel cool te kunnen blijven. Wij hebben de keuze gemaakt dat eveneens na te streven, zelfs al speelt erna een band die de gashendel helemaal open draait en voel je dat via het publiek alvast aankomen.

Jullie hebben bijna anderhalf jaar lang weinig tot niets van zich laten horen, vooraleer plotsklaps met een ep en aangekondigde langspeler op de proppen te komen. Voelde je nergens de nood onder de aandacht te brengen waar je mee bezig was?
Dielesen: We hadden indertijd net extreem veel gespeeld, en op een gegeven moment hebben we echt even rust gepakt. We moesten overal wat afstand van kunnen nemen en alles eens van een andere kant bekijken. An sich hield de band zelfs even helemaal op te bestaan. Daarna hebben we de tijd genomen terug op gang te komen zonder dat op een bepaalde manier mensen meekijken. Als je iets via de sociale media bekend maakt, wordt dat immers meteen opgepikt en dikwijls buiten proportie opgeblazen, terwijl wij ons gewoon helemaal wilden concentreren op de muziek zoals wij die zelf voor ogen hadden. Daardoor kwam de ep best wel uit de lucht vallen.

Hebben jullie altijd zelfzeker jullie eigen ding gedaan, of heb je in het verleden wel eens een soort druk gevoeld om in een bepaalde richting te evolueren, bijvoorbeeld toen Mozes and the Firstborn bij garagelabel bij uitstek Burger Records aan boord ging?
Dielesen: Eigenlijk niet; nu ja, misschien een heel klein beetje helemaal in het begin. Ik herinner me dat we in een opwelling wel eens durfden roepen dat we zoals de Black Lips wilden klinken en soortgelijke shows geven, al hebben we dat nooit echt in de praktijk omgezet. Dat het garagerige er nu nog ergens wel inzit, wijt ik immers eerder aan andere zaken. 'Living Dummy' van together PANGEA was de eerste Burgerplaat die ik kocht en dat was voor mij iets heel nieuws, fris en opwindends dat me helemaal omver blies. Toen we wat later zelf bij Burger zaten was die invloed er waarschijnlijk een beetje ingeslopen. Ik heb altijd gevonden dat we niet per se een garageband hoefden te zijn omdat dat vaak nogal sound-gerelateerd is. Al vind ik dat gruizige weliswaar super tof, is het mij de laatste tijd volledig duidelijk geworden dat ik op zich gewoon steeds betere nummers wil maken met een iets ander geluid. Hoewel ik dat niet heel vaak doe, luisterde ik onlangs nog eens terug naar ons eigen debuut, waarbij ik constateerde dat dat ook al wel behoorlijk gecontroleerd klinkt. Terwijl we enerzijds heel veel geluk hadden dat Burger Records ons oppikte, en het geweldig is er deel van uit te maken, besef ik tegelijkertijd dat we anderzijds toch wat een vreemde eend in de bijt zijn. We zijn niet de meest typische band op het label. Dat is ook niet erg; ik hoef niet noodzakelijk in een bepaalde scene te zitten.


Sinds die introductie tot de typische Burgersound is together PANGEA tot op de dag van vandaag een belangrijke rol blijven spelen in jullie ontwikkeling. Hoe is dat eigenlijk allemaal zo gekomen?
Dielesen: Nadat ik 'Living Dummy' door toedoen van onze gitarist Ernst op de kop had getikt, draaide ik de plaat gedurende een jaar helemaal grijs. Vervolgens speelden we hier in Eindhoven in Altstadt als voorprogramma van Mikal Cronin. Die bleek Erik Jimenez (ondertussen ook bij Meatbodies) en Cory Hanson (nu Wand), die indertijd beiden in together PANGEA zaten, in zijn begeleidingsgroep meegebracht te hebben. We konden het meteen goed met elkaar vinden, ze kwamen de volgende dag bij mij thuis ontbijten en we hielden contact. Toen we merkten dat ze ten tijde van 'Badillac' gingen toeren in de VS, hebben we gewoonweg een email gestuurd dat we voor die concertreeks best graag wilden fungeren als opener. Ze reageerden onmiddellijk positief, en voila... Daarna hebben we hen in Amerika pas echt goed leren kennen.

Hadden zij er eigenlijk een hand in dat jullie bij Burger Records terecht zijn gekomen?
Dielesen: Neen, we tekenden daar al eerder bij. In 2013, toen ons debuut net uit was, speelden we tijdens Noorderslag een show samen met traumahelikopter uit Groningen. Die hadden Lee van Burger uitgenodigd via een soort van fonds. Blijkbaar lieten we een erg goede indruk na, want hij informeerde ons quasi meteen na het optreden dat ie ons graag wilde uitbrengen op cassette en vinyl. Sindsdien verzorgen zij dus onze releases in de VS, terwijl Top Notch dat voor Europa blijft doen. Geheel toevallig zaten we voor Amerika ook bij hetzelfde boekingskantoor (Billions) als together PANGEA, wat het samen op de affiche terecht komen natuurlijk vergemakkelijkte. Alle puzzelstukjes vielen dus eigenlijk op de juiste plaats. Later is ook het label dubbelshows gaan organiseren.

En inmiddels brachten jullie ook een split-single op de markt met Roland Cosio, de huidige gitarist van together PANGEA, die hiermee zijn solodebuut maakt. Zou je, om het ongenuanceerd te stellen, kunnen zeggen dat jullie twee nummers een prima beeld schetsen van Mozes and the Firstborns genre? Terwijl 'Marianne' zo uit de pen van Kurt Cobain had kunnen komen en zodus sterke nineties invloeden verraadt, gaat 'What Am I Worth' meer een in de sixties verankerde psychedelische garagerockrichting uit.
Dielesen: Zeker; ik ben alleszins een enorme Nirvana-fan. Verder waren we, zoals gezegd, bij ons debuut flink op het garage-, sixtiesachtige ding geconcentreerd, terwijl een nummer als 'Gimme Some' toch ook behoorlijk wat jaren 90-elementen bevat. Daarnaast kan je er tevens een sterke lofi-invloed in ontwaren. Voor een stuk zal dat er wel zijn oorsprong in vinden dat ik veel hield van groepen als Guided By Voices en Sebadoh, al vermoed ik dat het voornamelijk komt omdat ik destijds als preproductie veel zelf op viersporenrecorder heb opgenomen. Uiteraard hebben we uiteindelijk wel alles op computer gedaan, maar het geëxperimenteer dat eraan voorafging omdat we niet echt wisten hoe het allemaal werkte, heeft in zekere mate ook zijn stempel gedrukt op het totaalplaatje. Ondertussen is Raven studiotechnisch flink geëvolueerd, en daardoor klinkt alles nu wat minder lofi. Ik heb het gevoel dat we momenteel iets meer richting jaren 90-powerpop zijn opgeschoven. Recentelijk hebben we overigens veel naar Weezer, Pavement en The Brian Jonestown Massacre geluisterd. Niettemin willen we allerminst een retrogroep zijn en hopen we die invloeden in een modern kader te brengen. Er is sowieso nooit bewust over nagedacht.

Gecharmeerd door enorme loners

Los van genre moge het duidelijk wezen dat 'Great Pile of Nothing' een themaplaat is. Terwijl songtitels als 'All Will Fall to Waste', 'It's Over' en 'Crybaby' weinig aan de verbeelding over laten, zijn de teksten al iets genuanceerder, en kan de zinderende emotionele lading van de muziek meerdere kanten uit.
Dielesen: Op een gegeven moment had ik de demoversie van de lp naar mijn vriendin gestuurd, en die schrok er ook wel even van hoe een heftige indruk enkel al het lezen van de achterhoes naliet. Het album gaat zeker over een crisis en hoe er mee te leven wanneer je middenin een depressie zit, maar tegelijkertijd ook over de manier waarop je daar uit kan komen. Wat ik zelf heel leuk vind om mee te spelen is de discrepantie tussen de eerder grimmige teksten, wat je op zich pas na een keer of drie à vier luisteren opmerkt, en onze muziek die vaak redelijk vrolijk, up tempo en melodieus is. Op die manier is het ook fijn om dingen van je af te schrijven. Het helpt alles een beetje in een relativerend perspectief te plaatsen.

Heb je het gevoel dat je het hele verhaal nu verteld hebt en iedereen het nodige wel uit de nummers kan halen, of wil je daar nog iets aan toevoegen?
Dielesen: Het is een momentopname uit mijn leven en evenzeer uit de geschiedenis van de band, en de aandachtige luisteraar kan zich wat dat betreft inderdaad een representatief beeld vormen op basis van de muziek. Verder staan we er trouwens stellig op dit ons derde album te noemen, vermits we wel degelijk onze moeilijke tweede hebben gemaakt, waarvan we het bestaan allerminst willen ontkennen. Alleen heeft niemand die gehoord. En dat zou nu dus wel zomaar kunnen. We bieden namelijk exact één exemplaar te koop aan op een drager naar keuze. Voor de prijs van dertigduizend euro kan je hier de unieke bezitter van worden. Tussen de definitieve beslissing om die plaat niet te releasen en het moment dat we weer op gang kwamen, heeft zoals gezegd een heel lange tijd gezeten. En dat was om persoonlijke redenen, niet om creatieve, met wel als gevolg dat ook de andere drie bandleden het afgelopen jaar op een bepaalde manier een klap opgelopen hebben. Waar mijn inzinking voor hen als een donderslag bij heldere hemel kwam, is de wijze waarop ze op de situatie reageerden me super veel waard geweest. Ze lieten me rustig de tijd nemen die ik nodig had, bleven ondertussen paraat, en wachtten geduldig af.

Sommige van de niet uitgebrachte nummers kregen een nieuw leven op je recente album. Thematisch is het niet vanzelfsprekend ze er zomaar even uit te halen. Is dit geen indicatie dat er bij jou al eerder iets aan het sluimeren was.
Dielesen : Ja, het was wel iets dat reeds langer speelde. Zowat het eerste lied dat ik voor onze tweede plaat schreef was met name de huidige titelsong. Dat heeft zeker te maken met een soort paniek die ons wat overviel om met iets nieuws naar buiten te moeten komen. Bovenop ons management en de labels die vanzelfsprekend bepaalde verwachtingen koesteren, leggen we ons misschien zelf nog wel de grootste druk op vanwege onze torenhoge prestatiedrang. Momenteel zijn we aan het repeteren voor een concertreeks, en het valt op hoe relaxed we daar nu mee om kunnen gaan. Iedereen zit goed in zijn vel, omdat we duidelijk sterker uit de voorbije periode gekomen zijn. Het voelt wat aan alsof niets ons nog klein kan krijgen sinds we die horde hebben kunnen nemen.

Vonden jullie het eindresultaat van die tweede langspeler in feite tegenvallen, of heeft dat er niets mee te maken dat je die voor jezelf hebt gehouden?
Dielesen: In zekere zin wel. Terwijl Michel als producer van onze eersteling de volledige controle over het opnameproces in handen van Raven en mij legde, nam hij de opvolger volledig live op, zelfs de zang. We speelden de nummers allemaal samen in als band, en dan zat onze taak er zowat op. Dat voelde eerder vreemd aan, vermits de romantiek van de studio plotsklaps volledig verdwenen was, en daar waren we niet op voorbereid. We merkten immers dat dat aspect in wezen toch wel belangrijk is. Sinds we ten volle beseffen wat het inhoudt, sluit ik het overigens zeker niet helemaal uit dat we ooit nog eens live gaan opnemen.

Nu je dan met 'Great Pile of Nothing' net een enorm sterke plaat in elk opzicht hebt afgewerkt, zal je in hindsight wel tevreden zijn dat je indertijd tot dat ongetwijfeld hartverscheurende besluit bent gekomen?
Dielesen: Inderdaad. Het was ook geen impulsieve beslissing, maar één die we met zijn vieren overvloedig bediscussieerd hebben. Wat ik in mijn eentje misschien niet had aangedurfd, lukte als band dus wel. Uiteraard ben ik superblij met hoe het huidige album is uitgedraaid. We zijn aan een nieuw hoofdstuk begonnen, terwijl we toch het goede hebben kunnen behouden van het debuut. Als een soort advies dat ik uit deze ervaring heb opgestoken raad ik mensen die ergens creatief bezig zijn dan ook ten stelligste aan niet te snel tevreden te zijn en enkel iets naar buiten te brengen waar je zelf helemaal achter staat. Uiteindelijk zal dat lonen, Dat geloof en hoop ik tenminste.


De kwaliteit van het afgeleverde werkstuk rechtvaardigt vast en zeker heel hoge ambities. In hoeverre zijn jullie daar mee bezig?
Dielesen: Ik kan eigenlijk weinig zeggen over hoe de ontvangst door media en publiek zal zijn, al heb ik wel het idee dat de reacties totnogtoe positief zijn. Als het opeens zou exploderen, zal ik uiteraard de laatste zijn om te protesteren, omdat ik weet dat we iets hebben gecreëerd waar we onze hele ziel in hebben gestoken. Met z'n allen zijn we een soort van enorme drempel over gegaan en dat is echt niet zonder slag of stoot gebeurd. Het zou natuurlijk heel mooi zijn als dat tevens weerklank kon vinden in de echte wereld, maar voor mij is het al een succes dat de plaat er überhaupt is, en dat het gevoel dat we met zijn vieren deelden voor de eeuwigheid vastgelegd is. Dat de nieuwe liedjes ondertussen in interactie beginnen te treden met die oudere songs maakt het heel bijzonder. Sowieso vormt de plaat voor mijzelf een heel emotionele verzameling nummers.

Terwijl je songschrijverij minder vrijblijvend lijkt dan in je beginperiode en ook de meer gelaagde gitaarsound overkomt als een significante evolutie, ligt het grootste verschil misschien nog in het verscheiden stemgebruik dat wordt gekoppeld aan een indringende diepgang.
Dielesen: Voor het eerst heeft Raven alle zang uitgezocht en beslist welke take goed was, omdat ik hem er volledig in vertrouw. Het is belangrijk dat ik daar nu niet langer over hoef te piekeren want van nature ben ik immers erg onzeker over mijn zang. Ik volg het nu wat meer op een afstand. Na de eerste plaat, toen we veel live gingen spelen, kwam ik in kleine zaaltjes geregeld in de problemen vermits mijn stem eigenlijk heel erg zacht is. Recentelijk ben ik me echt gaan trainen om harder te zingen en meer kracht in mijn vocalen te leggen. Uit de constant aanwezige angst om vals te zingen ben ik live oordoppen beginnen dragen zodat ik eigenlijk geen monitor meer nodig heb.

Een nummer dat er op een bepaalde manier uit springt is 'Mayday,' niet in het minst door de fragiele zangpartij waar toch behoorlijk wat lef voor nodig lijkt.
Dielesen: Dat is echt Corto's baby op het album. Hij was degene die het wilde opvissen uit de tweede plaat waar het in een hardere, meer rockgeoriënteerde versie op stond, en die er een nieuwe richting aan gaf door onder meer het accent van zijn bas een beetje te verschuiven. We hebben daar verschillende soorten vocalen voor opgenomen en uiteindelijk enkele heel zachte en breekbare overgehouden.

We hadden het al even over Shakespeare, en op school volgde je een filmopleiding. Put je ook inspiratie uit niet-muzikale disciplines, al is het maar het nastreven van een gelijkaardig effect op de toeschouwer?
Dielesen: De afgelopen twee jaar heb ik heel veel films van Andrej Tarkovski bekeken. Dat is een Russische regisseur die ook een boek heeft geschreven over dat soort zaken, dus ik ben daar wel mee bezig. Het was een enorme eye-opener niet alleen op het vlak van film, maar ook over hoe je naar kunst kijkt, wat kunst moet doen en welke rol een kunstenaar moet opnemen tegenover zijn publiek. Op die manier ben ik ook terecht gekomen bij Robert Bresson. Dikwijls blijf ik immers hangen bij artistieke verwezenlijkingen die op een gegeven moment op één of andere manier aansluiting vinden bij mijn persoonlijke leven, en elementen daarvan sijpelen logischerwijze ook geregeld mijn lyrics binnen. Ik lees en bekijk heel veel klassieke werken, want ik heb altijd wel een hang gehad naar dingen die voorbij zijn. Hoewel ik terdege besef dat dat niet per se zo is, zit ik op zich wel met het onderhuidse, wat pessimistische idee dat veel zaken van vroeger beter zijn. In dat opzicht heb ik duidelijk een romantische inslag, al merk ik wel dat ik vaak teruggrijp naar heel existentialistisch materiaal. Een boek dat mij zo onlangs enorm heeft beroerd in mijn dagelijkse leven is Dostojevski's 'Misdaad en Straf' waar het er af en toe heel heftig aan toe gaat, en waar ik me heel erg kon identificeren met hoofdpersoon Raskolnikov. Het is bijna een soort van koortsdroom waar je niet uit weg kan, en ik vond het fijn om daar een tijdje in te zitten. Uiteindelijk raak ik altijd makkelijk gecharmeerd door enorme loners, ook in de muziek.

Hoe ga je, tenslotte, eigenlijk om met de hedendaagse buitenwereld waar het er hoe langer hoe grimmiger aan toe gaat?
Dielesen: Ik ben nooit echt iemand geweest die veel bezig is met de actualiteit. Hoewel ik me er wel probeer toe aan te zetten, gaat het een beetje met vlagen. Op dit moment is het bijna teveel om te bevatten. We leven in een extreem enge wereld. Het is niet dat ik met een gevoel van angst zit om binnenkort bijvoorbeeld in Parijs of Brussel op te treden, daar ben ik niet mee bezig, maar het gegeven dat mensen toch op een bepaalde manier door en door slecht kunnen zijn raakt het kind in mij heel erg. Ik weet niet eens meer wat ik op al die gruweldaden moet zeggen, ik heb er echt geen antwoord op. En toch blijf je je druk maken als je met iets bezig bent en het draait niet uit zoals je wil, terwijl dat in het geheel der dingen eigenlijk slechts minuscule obstakels zijn. Het is dan ook een hele opgave vol voor iets te gaan en tegelijkertijd de vinger aan de pols te houden en voeling te hebben met de buitenwereld. Ik kan me wel heel schuldig voelen omdat ik geen flauw idee heb wat te doen bij dat soort enorm grote problemen zoals mensen die uit hun huis wegvluchten om te kijken of ze er in Europa iets beters van kunnen maken. Uiteindelijk probeer ik gewoon voor mezelf in de kleine wereld waar ik in leef zo lief mogelijk te zijn voor iedereen om mij heen en me zo constructief als ik maar kan op te stellen. In die zin is mijn familie superbelangrijk voor me. Ik wil zo goed mogelijk zijn voor mijn omgeving en vrienden...


Mozes and the Firstborn live aan het werk zien kan binnenkort onder andere in Utrecht (08.10, EKKO), Groningen (13.10, Vera), Maastricht (15.10, Muziekgieterij), Amsterdam (16.10, Bitterzoet), Eindhoven (21.10, Effenaar) en Brussel (31.10, AB).


vrijdag 30 september 2016

Le Butcherettes & The Picturebooks in De Kreun (Kortrijk) op 29.09.16

Een van de spectaculairste en aangrijpendste zaalshows die we vorig jaar mochten aanschouwen was die van Le Butcherettes in Magasin 4, in de directe nasleep van de tragische aanslagen in Parijs. Neem daar nog bij dat het Mexicaans-Amerikaanse trio, dat reeds openlijke steun ontving van grootheden als Henry Rollins, Iggy Pop en de Melvins, onlangs nog de AB aandeed als opener voor At The Drive-In, en je mag het samen met ons vreemd vinden dat de band in onze contreien nog steeds niet op al te veel persaandacht kan rekenen. Niettemin waren de verwachtingen voor hun optreden in De Kreun hooggespannen.


De motor van de voor de ganse Europese tour opgetrommelde support act The Picturebooks is duidelijk Philipp Mirtschink. De door frontman Fynn Claus Grabke op een door een hele batterij effectpedalen aangedreven, akoestische gitaar gespeelde, swampy bluesriffs overstijgen immers hoofdzakelijk het clichématige bij gratie van het strakke, soms naar tribaal neigende, primitieve drumwerk. Op een beperkte drumkit (zonder snare en cimbalen) aangevuld met wat niet alledaagse percussie legt Mirtschink een opzwepende kadans neer, waar de aanwezigen moeiteloos in meegezogen geraken. Hoe meer songs de revue passeren, hoe meer wel opvalt dat Grabke zowel solerend als qua zanglijnen erg veel uit eenzelfde vaatje tapt.

Met een onder meer door 'Burn the Scab' en 'Shave the Pride' opgeluisterde, punkrock-georiënteerde aanhef grijpen Le Butcherettes de zaal vervolgens direct bij het nekvel. Teri Gender Bender strooit kwistig in het rond met vocaal akoestisch gebrachte, vaudevillerige intermezzo's, waardoor deze spilfiguur van meet af aan de aandacht volledig naar zich toe trekt; om die overigens niet meer te lossen gedurende zowat een uur. Aan een stuk door bevlogen, bij momenten bezeten, vertolkt Gender Bender gepassioneerd en theatraal een keur uit de drie op de teller staande langspelers met tevens oog voor het tweetal songs uit hun split-ep met de Melvins.

Nadat ze zich ergens halverwege de set, tijdens 'Dress Off', tussen het publiek begeeft om haar kaki overall uit te trekken, werkt de frontvrouw de rest van de wervelende show af in haar rode 'A Raw Youth'-outfit. Vanaf dat punt evolueert het optreden plotsklaps richting meer dramatische altrock, nog steeds gebracht met een ongeziene overgave, waarbij dreigende slepers als 'Witchless C Spot' moeiteloos hun plaats vinden naast een eerder springerig deuntje zoals 'The Leibniz Language'.

Dat Teri Gender Bender de hele performance lang op het podium de diepste spelonken van haar ziel naar boven brengt, krijgt alsnog een orgelpunt achteraf wanneer ze schijnbaar intuïtief een rondje langs de zaal maakt en uitgebreid de tijd neemt om elke aanwezige toeschouwer, individueel, hartsgrondig en gemeend te omhelzen. Hier staat ze alleszins met stip genoteerd in ons lijstje van interessantste, oprechtste en meest tot de verbeelding sprekende hedendaagse frontfiguren.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

donderdag 22 september 2016

La Luz & Feels in Het Bos (Antwerpen) op 21.09.16

In de melancholische indiesurf van La Luz vond concertorganisator Hotsjumenas het ideale recept om Het Bos op gepaste wijze de herfst in te leiden. 


Hun recente verhuis naar LA maakte de band rond Shana Cleveland plotsklaps stadsgenoten van Feels met wie ze ook producer Ty Segall delen, en die de eer te beurt valt deze avond op gang te trekken. Terwijl frontvrouw Laena Geronimo & co zich uiteraard hoofdzakelijk concentreren op hun titelloze debuut, weten ze de opbouw nog wat meer body mee te geven door tevens een viertal niet uitgebrachte nummers probleemloos in de set te verwerken. 

Het kwartet schuwt het avontuur niet, grossiert in plotse tempo- en genrewisselingen, en blijft onder leiding van Geronimo, die zich een uiterst begenadigd gitariste toont, desondanks geheel natuurlijk en organisch klinken. Vanaf opener 'Today' neemt Feels je mee op een met de nodige dosis psychedelica overgoten, hectische trip waar een portie lome grunge zomaar naadloos in een snedige lap punkrock kan overgaan, en bewijst zich aldus als een uitstekende zaalopwarmer.

Dat La Luz onlangs hun tweede jaargang in ging van quasi ononderbroken toeren met 'Weirdo Shrine' laat zich vervolgens gehoren in het ultrasoepele samenspel en de loepzuiver uitgevoerde, impressionante backingharmonieën. Toch wat verrassend vat het optreden aan met een integrale uitvoering van dit meest recente album.

Het is niet geheel duidelijk in hoeverre een opstootje met een toeschouwer helemaal aan het begin van de show er een hand in heeft, maar het viertal, Cleveland op kop, laat de luchthartige aanpak die live doorgaans geregeld de kop op steekt, grotendeels achterwege om zowat volledig te focussen op de intense geladenheid van de nummers. Terwijl de onderhuidse spanning daardoor bij momenten haast te snijden is, maakt deze prestatie misschien nog meer dan de plaat duidelijk welk een emotionele kracht aan Clevelands songschrijverij ten grondslag ligt.

Na het albumbesluitende 'True Love Knows' put La Luz met onder meer 'Clear Night Sky', 'Sure as Spring' en 'You Can Never Know' nog even, inclusief een beknopte bisronde, uit ouder materiaal en plaatst zo een exquise kers op de taart.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/



woensdag 14 september 2016

NOTS – 'Cosmetic': lichte accentverschuiving

Op hun tweede langspeler houdt NOTS grotendeels vast aan het beproefde recept van het zowat een jaar oude debuut 'We Are Nots' dat postpunk, no wave en Riot Grrrl-diy succesvol bij elkaar in de pan klutste. Al vallen er wel enkele acccentverschuivingen te bespeuren.


Doordat de nog steeds onconventionele synths iets minder buitensporig in de mix liggen en het viertal uit Memphis ondertussen nog hechter voor de dag komt, wint de neergelegde beweeglijke dynamiek die geregeld de hypnotizerende toer op gaat, aan natuurlijke flair. Dit stelt de dames in staat de catchy hook waar het gros van de nummers aan is opgehangen wat dieper te exploreren en verder uit te werken, onder meer met een heel arsenaal aan nerveuze gitaarpartijen. Opvallendste voorbeelden van deze evolutie zijn het meeslepend dreinende titelnummer en vooral de meer dan zeven minuten lang avontuurlijke paden opzoekende afsluiter 'Entertain Me'.

Of je nu te maken hebt met de snerpende punkrock 'Rat King' dan wel met het op een monotoon groovende baslijn geënte 'Inherently Low', telkens werkt frontvrouw Natalie Hoffmann het geheel even overtuigend af met haar intens gespuide, in flarden gebrachte poëzie. Op die manier betekent het snedige, edgy, bij momenten vervreemdende en absoluut organisch overkomende 'Cosmetic' voor NOTS zeker en vast een stap voorwaarts.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

zondag 4 september 2016

Mozes and the Firstborn: 'Great Pile of Nothing': grootse terugkeer

Op hun nieuwste ruilt Mozes and the Firstborn de energieke garagepop van hun debuut grotendeels in voor naar de nineties knipogende, melodieuze alternatieve gitaarrock. Goed drie jaar na hun uitmuntende eersteling is 'Great Pile of Nothing' hier echter niet de originele opvolger van. Na rijp beraadt werd zowat anderhalf jaar geleden immers gezamenlijk besloten een volledig ingeblikte tweede langspeler niet op de wereld los te laten. Waar oorzaak en gevolg een beetje door elkaar lopen, stortte deze beslissing frontman Melle Dielesen, met de band in zijn zog, in een diepe gevoelscrisis. Dat Dielesen zijn extensieve donkere periode nu succesvol kanaliseert en in al zijn aspecten ontleedt en analyseert zorgt voor een van emotionaliteit zinderend werkstuk.


Neem daar nog de strakke drums, de aan zich gecontroleerd door elkaar wevende gitaarpartijen opgehangen geluidsmuur, de subtiel verwerkte maar daarom niet minder aanwezige backings en de tegelijkertijd indringende en catchy songschrijverij bij, en je zit met een album dat qua intensiteit en potentie herinneringen aan 'Siamese Dream' oproept. Daarenboven wist Dielesen zijn stembereik nog wat verder open te trekken, en telkens komt hij met zanglijnen op de proppen die volledig de zielsberoerende lading dekken.

Terwijl het Nederlandse viertal vaak de slepende toer opgaat (met als hoogtepunt misschien wel huidige singel 'Crawl'), dit geregeld afwisselt met vinnigere momenten zoals op 'OC DC' en daarnaast enkele ingetogenere rustpunten inlast ('Mayday' en afsluiter 'Cruel Wide World'), vormen de zich episch ontplooiende melodieën in de refreinen een constante. Op die manier trekt het album de op de eerder dit jaar verschenen 'Power Ranger' ep uitgezette lijn overtuigend door, al overvleugelt het resultaat deze overigens ook erg sterke opwarmer, waaruit trouwens de titelsong werd gerecycleerd, vast en zeker als geheel.

'Great Pile of Nothing' betekent voor Mozes and the Firstborn een grootse terugkeer op het voorplan met een op alle vlakken dito album.

Mozes and the Firstborn live aan het werk zien kan dit najaar onder meer in Edam (Singel Festival, 24.09), Utrecht (EKKO, 08.10), Groningen (VERA, 13.10), Maastricht (Muziekgieterij, 15.10), Amsterdam (Bitterzoet, 16.10) en Eindhoven (Effenaar, 21.10).

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

dinsdag 16 augustus 2016

Feels – 'Feels': catchy, organisch & avontuurlijk

Het vanuit L.A. opererende Feels is het rafelige garagepunkproject van de klassiek geschoolde, op improvisatie gerichte professionele violiste en multi-instrumentliste Leana Geronimo die zich voor de gelegenheid toelegt op zang en gitaar. Het viertal rond deze dochter van Devo's Alan Myers legt op hun titelloze debuut overtuigend een grungy dynamiek neer, zowel gua intensiteit als tempowisselingen, die voldoende ruimte laat voor al dan niet dragende psychedelische gitaarpartijen.


Terwijl de mee door producer Ty Segall tot stand gekomen sound consequent rauw en distorted klinkt, schipperen de vocalen tussen etherisch galmend en in your face snedig, en bieden de songs voldoende variatie. Zo volgt op snedige punkrock van 'Play it cool' meteen de eerder kabbelende lofi-pop van 'Today' en vind je in het hypnotizerende, no-waverige 'Small talk' mischien wel het beste nummer van de plaat.

Met behoorlijk wat zin voor avontuur weet Feels een grote verscheidenheid aan invloeden tot een gebald, organisch en catchy geheel te smeden.

Feels live aan het werk zien kan binnenkort onder meer in Eindhoven (Stroomhuis, 02.09), Den Haag (Paard Van Stal Festival, 03.09), Gent (Café Video, 20.09), Antwerpen (Het Bos, 21.09) en Amsterdam (Butcher's Tears, 22.09).


donderdag 4 augustus 2016

The Julie Ruin – 'Hit reset': snedig, dansbaar & emotioneel geladen

Voorafgaand aan Kathleen Hanna's glorieuze comeback met The Julie Ruin gaf de even verhelderende als indringende documentairefilm 'The punk singer' het huiveringwekkende antwoord op de vraag waarom het Riot Grrrl-boegbeeld zowat een een decennium lang van het openbare toneel verdwenen was. Door een jarenlang misgediagnostiseerde ziekte van Lyme bleek Hanna's leven immers een hele poos aan een zijden draadje te hebben gehangen. Tevens kwam je aan de weet dat ze sinds jaar en dag getrouwd is met Beastie Boy Ad-Rock en werd nog eens van onder het stof gehaald dat ze in 1998 solo debuteerde met slaapkameralbum 'Julie ruin' waar de inspiratie vandaan komt voor de huidige groepsnaam. Drie jaar na het weergaloze, zelf uitgebrachte 'Run fast' lijkt de cirkel lijkt rond, nu het vijftal met hun tweede album onderdak vindt bij Hardly Art en zo terecht komt bij bands als Tacocat en Chastity Belt die dankzij Hanna's pionierswerk de weg gebaand zagen een comfortabeler, van humor gebruik makend feminisme uit te dragen.


Helemaal in lijn met 'Run fast' weet The Julie Ruin ook op 'Hit reset' naadloos de agressieve lofi-punk van Bikini Kill met de pompende electropop van Hanna's latere band Le Tigre tot een fris, energiek en natuurlijk rockend geheel te smeden waarbij pop, punk en dance beurtelings de boventoon voeren. Wat opvalt is dat de vocalen - te allen tijde gedragen door een krachtig groovend gevoel voor frasering - zich moeiteloos naar elke situatie weten te schikken. Kathleen Hanna bestrijkt, immer even overtuigend en steeds met een glimp van haar typische (ondertussen lang de cheerleader-parodie overstegen) wat nasaal en geknepen geluid, het hele spectrum tussen het dol schuimbekkende van 'Be nice' en het smachtend croonende van 'Let me go'. Afgesloten wordt zelfs met de onversneden, uiterst breekbare pianoballade 'Calverton'.

Als ideaal tegengewicht voor de als vanouds constant tot op het bot gaande frontvrouw zorgen de
laidback drums van Carmine Covelli samen met de speelse toetsen Kenny Mellman voor een hint van zorgeloosheid. Terwijl enige Bikini Kill-overblijver Kathi Wilcox' bas het geheel gedecideerd mee vooruit stuwt, legt Sara Landeau een mix van bedwelmende en heftig scheurende gitaartapijten neer, zonder evenwel ook maar ergens de beheersing te verliezen.

Als totaalplaatje krijg je op die manier een tegelijkertijd emotioneel geladen, dansbaar, snedig en uitermate catchy album. Wie het in de extreme lofi-releases van Bikini Kill nog niet zou zijn opgevallen, kan er nu niet langer naast kijken dat naast een uitstekende songschrijfster, in Kathleen Hanna tevens een uitmuntende zangeres schuilt.

Dit najaar kan je The Julie Ruin onder meer aan het werk zien in Amsterdam (Paradiso, 28.11) en Brussel (Botanique, 30.11).

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/?ref=bookmarks&qsefr=1

zondag 17 juli 2016

Mudhoney op Rock Herk (16.07.16)

Met nog een verplaatsing naar Haarlem, waar ze de affiche van Klikofest tooien in goed gezelschap van onder meer Mozes and the Firstborn en together PANGEA, voor de boeg komen de grungeveteranen van Mudhoney reeds in de vooravond hun ding doen tijdens de tweede dag van Rock Herk. Het viertal, dat doorheen de jaren enkel op bas een personeelswissel doorvoerde, stamt uit een tijd dat drummers nog niet ultrastrak hoefden te zijn, gitaren liefst zo woest mogelijk scheurden en piepten en een optreden hoofdzakelijk voor een opstoot aan energie diende te zorgen.


Terwijl de songschrijverij doorheen hun carrière best wel evolueerde, houdt Mudhoney de originele attitude nu haast drie decennia lang wonderwel intact. Ontspannen en zonder al teveel poespas gooien de Amerikanen er, aftrappend met 'Suck you dry', een kleine drie kwartier flink de beuk in. Bij een gebroken snaar wijst Mark Arm laconiek een nieuw instrument van een inderhaast toegesnelde roadie van de hand, Steve Turner die zich al eens durft te vergissen in de opgestelde setlist, perst geregeld op zijn geheel eigen, onnavolgbare wijze een wahwah-solo uit de vingers, en Dan Peters neemt gedecideerd en zelfverzekerd in zijn uppie het middenstuk van 'In 'n' out of grace' voor zijn rekening.

Temidden de rommelige totaalsound zijn het voornamelijk de nog steeds scherpe vocalen van Arm en de onconventionele, hoogst opzwepende riffs die zich in de jaren 90 in het collectieve geheugen van een groot deel van de muzikaal geïnteresseerde jeugd nestelden, die het geheel structuur verlenen. Een groot deel hiervan gaat ergens halverwege wat verloren, daar het hoe langer hoe moeilijker lijkt te worden de vocalen prominent in de geluidsmix te houden. Waar cultklassieker 'Touch me I'm sick' altijd en overal het vuur aan de lont weet te steken en The Dicks-cover 'Hate the police' reeds jaren een ideale afsluiter blijkt, putten Arm & co, met 'I like it small' en 'Chardonnay' uit meest recente album 'Vanishing Point', zowat evenwaardig uit elke periode van hun bestaan.

Geheel naar verwachting brengt Mudhoney zonder al te veel verrassingen een complexloze en krachtige prestatie op de planken die het niet alleen van nostalgie moet hebben.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/

vrijdag 24 juni 2016

VHS – 'Gift of life': intens en meeslepend

Er is wat aan de hand in Seattle. De recentelijk erg vruchtbare diy-scene - waaruit onder andere labels als Hardly Art en Suicide Squeeze en radiostation KEXP met een enorme muziekminnende passie en dito kennis van zaken de meest beloftevolle exemplaren plukken en een mondiaal platform bieden - lijkt namelijk ernstig in zijn voortbestaan bedreigd. Boosdoener van dienst is de exponentiële toename aan zakenlui in maatpak uit de IT-sector die, een fikse stijging van de woonprijs met zich meebrengend, heel wat muzikanten en andere artiesten volgens het vraag/aanbod principe uit hun natuurlijke habitat wegconcurreren. Terwijl een band als Tacocat hardnekkig blijft volhouden door middel van een accumulatie aan horecabaantjes, zochten onder meer gerenommeerde namen als La Luz en So Pitted reeds andere oorden op.


Violent Human System geeft echter aan dat de locale bron vooralsnog niet droog staat. Op debuut 'Gift of life' brengt het viertal de energie van Black Flag het onheilspellende van The Wipers, de verbeten eigenzinnigheid van Fugazi en het onconventionele van Sonic Youth in harmonie. Dit geeft eens te meer aan dat het hedendaagse Amerikaanse alternatieve gitaarrockmilieu heel wat parallellen vertoont met dat uit de tweede helft van de jaren 80, zowel qua geest als beleving en zelfs qua kwaliteit.

Boven een gejaagde, soms wat nerveuze kadans, kunnen de gitaren zowel hoekig en ijskoud scheuren als wijds galmend voor de dag komen, terwijl de vocalen er steevast krachtig en bevlogen uitgestoten komen en de baslijnen dan weer geregeld voor een aangename groove zorgen. Ondanks de grillige songstructuren staat het album bol van de catchy hooks waardoor je van een even intense als meeslepende plaat kan spreken.

VHS levert met andere woorden een uitstekend debuut af dat het beste laat verhopen voor de toekomst, om het even of ze nu het hoofd boven water weten te houden in Seattle dan wel hun tenten in andere weiden dienen op te slaan.


donderdag 23 juni 2016

NOTS lost nummer uit nieuw album 'Cosmetic'

NOTS heeft een opvolger voor debuut 'We are NOTS' klaar, namelijk een 'Cosmetic' getitelde langspeler die vanaf 9 september in de rekken zal liggen. Een eerste voorproefje kan je hier beluisteren.


Op basis van eerder studiowerk mag de duur (ruim 7 min) van 'Entertain me' dan wel als een verrassing komen, wie het kwartet uit Memphis recentelijk nog live aan het werk zag weet dat de dames boven een hypnotizerende baslijn al eens psychedelisch uit kunnen wijden. Toch blijft een algeheel gevoel van to-the-pointe gebaldheid overheersen door de scherpe vocalen en het spitante drum- en gitaarwerk.


donderdag 9 juni 2016

Big Mountain County – 'Anachronicle': op en neer golvende psychedelische stoner

Als opvolger van debuut 'Breaking sound' komen de psychrockers van Big Mountain County al meteen met een live-album op de proppen. Inclusief enthousiaste publieksreacties en applaus werd een registratie van een optreden in thuisstad Rome zonder al teveel studiotechnische opsmuk op plaat gegooid waardoor de specifieke live-dynamiek helemaal tot zijn recht komt.


'Anachronicle' vat aan met een monotoon slepende, qua intensiteit op en neer golvende stonergroove waarboven – met toetsen in een sfeerscheppend ondersteunende rol – de gitaren een mix van psychedelische en shoegazy progressies neerleggen. Waar deze aanpak een aantal uitgesponnen nummers lang stand houdt, maakt de kadans iets over halverwege een merkelijke ommezwaai om via bluesy stompende garage ('Brain machine') en opzwepende barbandblues ('1945') uiteindelijk weer bij het beginpunt uit te komen voor uitsmijter 'What do you think?' waar nog een laatste keer alles uit de kast wordt gehaald.

Het speltechnisch vaardige viertal is enorm goed op elkaar ingespeeld en weet zich als een geoliede machine organisch door de soms grillige bochten van de dikwijls complex gestructureerde songs te manoeuvreren. Met zijn krachtige vocalen zorgt frontman Alessandro Montemagno als finale afwerking voor een expressieve performance waarbij hij zich vaagweg laat inspireren door het theatrale van Screaming Jay Hawkins.

Op deze manier is 'Anachronicle een heel eerlijke plaat die alleszins bewijst dat Big Mountain County er live helemaal staat.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/